Ethernet-instellingen configureren

 
Ethernet is een standaard voor het uitwisselen van gegevens in een lokaal netwerk (LAN). U kunt de communicatiemodus en het type Ethernet instellen. Over het algemeen is het zo dat u het apparaat kunt gebruiken zonder dat u de standaardinstellingen hoeft te wijzigen (<Instellingen Ethernet-stuurprogramma>), maar u kunt de instellingen wijzigen om deze beter af te stemmen op uw netwerkomgeving.
1
Open het scherm <Menu>. Start scherm
Model aanraakscherm
Selecteer <Menu> in het scherm Start.
LCD-model met 5 regels
Druk op .
2
Selecteer <Netwerkinstellingen>.
Als een scherm voor het invoeren van een pincode wordt weergegeven, voert u de juiste pincode in. De pincode van de systeembeheerder instellen
3
Selecteer <Instellingen Ethernet-stuurprogramma>  <Auto detect.>.
4
Geef aan of u de Ethernet-instellingen automatisch of handmatig wilt configureren.
Als automatisch detecteren is ingeschakeld, detecteert het apparaat automatisch de Ethernet-communicatiemodus en het type dat kan worden gebruikt en stelt het in.
Ethernet-instellingen automatisch configureren
Selecteer <Aan> in <Auto detect.>.
Ethernet-instellingen handmatig configureren
1
Configureer een instelling om automatisch detecteren uit te schakelen.
Selecteer <Uit> in <Auto detect.>.
2
<Communicatiemodus>  selecteer de communicatiemodus.
<Half-duplex>
In deze modus worden er afwisselend gegevens verzonden en ontvangen. Selecteer deze modus als het apparaat is aangesloten op een netwerkapparaat dat half duplex gebruikt.
<Full-duplex>
In deze modus worden gegevens tegelijkertijd verzonden en ontvangen. Deze instelling kunt u voor de meeste omgevingen gebruiken.
3
<Type Ethernet>  selecteer het type Ethernet.
4
Selecteer <Toepassen>.
3JE5-010