De machinenaam en locatie registreren
1
Druk op [

] (Menu).
2
Druk op [

] of [

] om <Systeeminstellingen> te markeren en druk vervolgens op [OK].
Als de pincode van de systeembeheerder is opgegeven:
Gebruik de numerieke toetsen om de pincode van de systeembeheerder in te voeren en druk vervolgens op [OK].
3
Druk op [

] of [

] om <Instellingen Apparaatinformatie> te markeren en druk vervolgens op [OK].
4
Druk op [

] of [

] om <Apparaatnaam> te markeren en druk vervolgens op [OK].
5
Geef de naam op van het apparaat.
Nadat u de instelling hebt opgegeven, drukt u op [

] of [

] om <Toepassen> te markeren en drukt u vervolgens op [OK].
6
Druk op [

] of [

] om <Locatie> te markeren en druk vervolgens op [OK].
7
Geef de locatie op van de machine.
Nadat u de instelling hebt opgegeven, drukt u op [

] of [

] om <Toepassen> te markeren en drukt u vervolgens op [OK].
8
Druk op [

] (Menu) om het menuscherm te sluiten.