Finisher (imageRUNNER ADVANCE 715iZ III/615iZ III/525iZ III)

Met de finisher kunt u de volgende functies gebruiken.
Sorteren
De afdrukken worden in sets gesorteerd op de paginavolgorde van het origineel.
Groeperen
Alle afdrukken van hetzelfde origineel worden in sets gegroepeerd.
Verschuiven
Elke groep afdrukken wordt verschoven in afwisselende lagen.
Nieten + Sorteren
De afdrukken worden in sets gesorteerd op paginavolgorde en geniet (hoek).

Uitvoerblad (Blad C)

De afdrukken worden naar dit blad uitgevoerd. U kunt functies opgeven waarvoor het blad wordt gebruikt door <Output Tray Settings> te configureren. <Instellingen opvangblad>

Uitvoerblad (Blad B)

De afdrukken worden naar dit blad uitgevoerd. U kunt functies opgeven waarvoor het blad wordt gebruikt door <Output Tray Settings> te configureren. <Instellingen opvangblad>

Voordeur van de finisher

Open deze om vastgelopen nietjes in het nietapparaat te verwijderen of om de nietpatroonhouder te vervangen.

Rechterdeur van de finisher

Open deze klep om papier te verwijderen dat in de finisher is vastgelopen. Papierstoringen in de finisher (imageRUNNER ADVANCE 715iZ III/615iZ III/525iZ III)
De nietpositie selecteren
Voor informatie over de papierformaten die kunnen worden gebruikt om te nieten, raadpleegt u Technische gegevens hardware.
Als u de nietpatroonhouder van het nietapparaat wilt vervangen, raadpleegt u Nietjes bijvullen (imageRUNNER ADVANCE 715iZ III/615iZ III/525iZ III).
Voor het verhelpen van een papierstoring of vastgelopen nietjes raadpleegt u Papierstoringen oplossen en Vastgelopen nietjes verwijderen (imageRUNNER ADVANCE 715iZ III/615iZ III/525iZ III).
Zodra het uitvoerblad de maximale capaciteit heeft bereikt tijdens het zakken of de onderste eindpositie heeft bereikt, wordt het afdrukken onderbroken. Verwijder al het uitgevoerde papier van het blad om het afdrukken te hervatten.
Sorteren en groeperen
Als u <Verschuiven> selecteert in combinatie met de functie Sorteren of Groeperen, wordt elke groep afdrukken verschoven.
Nietmachines
Als u de modus Nieten wilt gebruiken, dient u tijdens de opdracht de stapel papier niet van het opvangblad te verwijderen. Verwijder de stapel papier wanneer de opdracht is voltooid.
Als de melding <Vul nietjes bij in het nietapparaat.> verschijnt, zijn bijna alle nietjes gebruikt. Om door te gaan, dient u de nietpatroon te vervangen.
6RFJ-01U