<Onderhoud>
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de automatische reinigingsfunctie van de machine en aanvoer kunt gebruiken.
<Reinig aanvoer>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
Voer <Reinig aanvoer> uit bij strepen op originelen die zijn gescand met de aanvoer, of op afgedrukt papier.
De aanvoer reinigen
<Reinig de drukrol voor fixering>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
Als het bedrukte papier vuil is, voert u <Reinig de drukrol voor fixering> uit.
|
U kunt de volgende papierformaten/-typen gebruiken.
Formaat: A4, LTR
Type: Dun, Normaal, Kleur, Gerecycled
|
<Reinigingsmethode origineelscanvlak>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
Start de video waarin wordt getoond hoe de glasplaat moet worden gereinigd.
<Vervang tonercartridge>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Controleer onderhoudsmethode>
Speelt de voorbeeldvideo af waarin de methode voor het vervangen van tonercartridges wordt uitgelegd. U kunt deze voorbeeldvideo afspelen zelfs wanneer geen vervanging nodig is, zodat u de procedure van tevoren kent.
<Vul nietjes bij (nietjes)>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Controleer onderhoudsmethode>
Speelt de voorbeeldvideo af waarin de methode voor het bijvullen van nietjes wordt uitgelegd. U kunt deze voorbeeldvideo afspelen zelfs wanneer geen vervanging nodig is, zodat u de procedure van tevoren kent.
<Fixeereenheid vervangen>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Controleer onderhoudsmethode>
Speelt de voorbeeldvideo af waarin de methode voor het vervangen van de fixeereenheid wordt aangegeven. U kunt deze voorbeeldvideo afspelen zelfs wanneer geen vervanging nodig is, zodat u de procedure van tevoren kent.
<Transportrol vervangen>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Controleer onderhoudsmethode>
Speelt de voorbeeldvideo af waarin de methode voor het vervangen van de transportrol wordt aangegeven. U kunt deze voorbeeldvideo afspelen zelfs wanneer geen vervanging nodig is, zodat u de procedure van tevoren kent.
<ADF-onderhoudskit vervangen>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Controleer onderhoudsmethode>
Speelt de voorbeeldvideo af waarin de methode voor het vervangen van de ADF-onderhoudskit wordt aangegeven. U kunt deze voorbeeldvideo afspelen zelfs wanneer geen vervanging nodig is, zodat u de procedure van tevoren kent.
<Rollenkit verv.>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Controleer onderhoudsmethode>
Speelt de voorbeeldvideo af waarin de methode voor het vervangen van de rolkit voor de papierlade wordt aangegeven. U kunt deze voorbeeldvideo afspelen zelfs wanneer geen vervanging nodig is, zodat u de procedure van tevoren kent.
<Verw. vastgelopen pap. (vb.)>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Controleer onderhoudsmethode>
Speelt de voorbeeldvideo af waarin de methode voor het vervangen van drumeenheden wordt uitgelegd. U kunt deze voorbeeldvideo afspelen zelfs wanneer geen vervanging nodig is, zodat u de procedure van tevoren kent.
<Transportrol>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Initialiseren na het vervangen v/d onderdelen>
Nadat u de transportrol hebt vervangen, voert u <Transportrol> uit om de initialisatie te verrichten.
<Papierlade 1: Rollenkit> t/m <Papierlade 4: Rollenkit>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Initialiseren na het vervangen v/d onderdelen>
Nadat u de papierladerol en de rol binnen de papierlade hebt vervangen, voert u <Papierlade 1: Rollenkit> t/m <Papierlade 4: Rollenkit> uit om de initialisatie te verrichten.
<ADF-onderhoudskit>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
<Initialiseren na het vervangen v/d onderdelen>
Nadat u de invoerrol ADF en de scheidingspad ADF hebt vervangen, voert u <ADF-onderhoudskit> uit om de initialisatie uit te voeren.
<Regel herkende condens>
(Instellingen/Registratie)
<Aanpassen/Onderhoud>
<Onderhoud>
Stel in of u het proces voor het verwijderen van condens wilt starten wanneer condens in de machine wordt gedetecteerd. Als u deze modus instelt op <Aan>, wordt het proces voor het verwijderen van condens automatisch uitgevoerd.
Als u <Aan> selecteert en op <OK> drukt, wordt een scherm weergegeven waarin u wordt gevraagd of u onmiddellijk het proces voor het verwijderen van condens wilt uitvoeren. Als u het proces voor het verwijderen van condens onmiddellijk wilt starten, drukt u op <Ja>.
|
Tijdens het proces voor het verwijderen van condens, wordt afdrukken mogelijk niet correct uitgevoerd zodat het papier blanco blijft.
Om het effect voor het proces voor het verwijderen van condens te behouden wanneer deze modus is ingesteld op <Aan>, moet de machine ingeschakeld blijven.
|
|
Afdrukopdrachten die worden uitgevoerd tijdens het proces voor het verwijderen van condens, worden beperkt door de instellingen voor <Opdrachten voor beperking bij herkenning condens>.
<Alleen ontv. opdr.>: Ongeacht de instellingen voor <Gebruik faxgeheugenslot>/<Gebruik I-Fax geheugenslot> worden de ontvangen fax-/I-Fax-gegevens opgeslagen in de geheugen RX-postbus en kunnen deze niet worden afgedrukt tijdens het proces voor het verwijderen van condens. Rapporten die automatisch worden uitgevoerd op het opgegeven tijdstip, kunnen niet worden afgedrukt.
<Alle opdr.>: Niet alle afdrukgegevens kunnen worden afgedrukt tijdens het proces voor het verwijderen van condens.
|