Bestemmingen opgeven via het adresboek (op afstand)

U kunt de bestemming aangeven door naar de bestemming in het adresboek van een server van een cliëntmachine te zoeken die via het netwerk op deze machine is aangesloten. Het adresboek van de servermachine waartoe u toegang heeft via het netwerk heet het adresboek op afstand. Deze machine kan worden ingesteld als servermachine of cliëntmachine.
BELANGRIJK
Om het adresboek op afstand te gebruiken, dient u de instellingen voor [Adresboek op afstand ophalen] op te geven. (Zie "Ophalen van extern adresboek.")
N.B.
Om het adresboek op afstand te gebruiken, dient u de instellingen voor de server machine te configureren. Instellen om het adresboek op afstand extern te openen op de servermachine. (Zie "Adresboek op afstand openstellen.")
U kunt ook vanaf een clientmachine op het netwerk bestemmingen bekijken die in de sneltoetsen van een servermachine zijn geregistreerd. (Raadpleeg "Bestemmingen opgeven met snelkiestoetsen.")

1.
Druk op → [Fax] → [Adresboek].
2.
Druk op [Adres wijz. Boek].
N.B.
[Adres wijz. Boek] verschijnt alleen als u zowel het externe adresboek als de LDAP-server registreert. Als alleen het externe adresboek op de machine is geregistreerd, wordt [Naar Adr.b. op afstand] weergegeven.
3.
Selecteer [Op afstand].

4.
Selecteer de bestemming → druk op [OK].
U kunt meerdere bestemmingen selecteren.
Voor instructies voor het zoeken van bestemmingen die zijn opgeslagen in het adresboek raadpleegt u "Adresboekscherm."
Als u een bestemming selecteert die samen met een toegangsnummer is opgeslagen, drukt u op [Toegangsnummer] en voert u daarna het toegangsnummer in met - (numerieke toetsen). Als u op [Adressen zonder toegangsnummer] drukt, zullen de bestemmingen worden getoond die niet worden beheerd met een toegangsnummer.
N.B.
Om een geselecteerde bestemming te annuleren, selecteert u de bestemming opnieuw.
Indien u slechts één bestemming selecteert, druk dan op om vanaf het scherm Adresboek te verzenden.

BELANGRIJK
Als de servermachine bezig is met instellingen voor systeembeheerder informatie, wordt authentificatie tussen de servermachine en de client machine uitgevoerd terwijl de cliëntmachine het adres op afstand probeert te verkrijgen. De authentificatie wordt uitgevoerd door het ID systeembeheerder en de Systeem PIN die is ingesteld door de server machine en de cliëntmachine.
De beschikbaarheid van het adresboek op afstand is afhankelijk van de status van de instellingen voor systeembeheerder informatie bij de servermachine en de cliëntmachine. Dit zoals onderstaand is aangegeven.
Wanneer de server bezig is met de instellingen met informatie voor de systeembeheerder
Wanneer de cliëntmachine bezig is met de instellingen met informatie voor de systeembeheerder
Wanneer het Systeembeheerder ID en de Systeem PIN van de server en cliënt overeenkomen
Kan het adresboek op afstand gebruiken
Bezig
Bezig
Komt overeen
Ja
Komt niet overeen
Nee
Niet bezig
-
Nee
Niet bezig
Bezig
-
Ja
Niet bezig
-
Ja
Voor meer informatie over het instellen van de systeembeheerders-ID en systeempincode raadpleegt u "Aangeven van de Instellingen systeembeheerder."
Tot maximaal acht machines, inclusief deze machine, kunnen als cliëntmachines tegelijk op de servermachine met het adresboek op afstand dat extern wordt geopend worden aangesloten. Als de servermachine bezig is met andere netwerkactiviteiten, kan het aantal aan te sluiten machines wellicht minder zijn. Als de machine geen verbinding kan maken, zal via het netwerk een foutmelding worden verzonden.
Als er een authentificatiefout of communicatie time-out optreedt als gevolg van netwerkcongestie tussen de cliënt en de server, kunt u de bestemming verkrijgen vanuit een adresboek op afstand. U kunt de communicatietime-out instellen in <Communicatie timeout> in [Adresboek op afstand ophalen]. (Zie "Ophalen van extern adresboek.")
N.B.
Als de displaytaal die is ingesteld voor de server en cliënt verschillend zijn, kan het adresboek onleesbare tekens bevatten.
52X3-106