Het is handig om een veelgebruikte bestemming op te slaan onder een snelkiestoets. Zo kunt u met een simpele druk op een knop snel een bestemming opgeven. Naast het opslaan van een e-mailadres onder een snelkiestoets kunt u ook een maplocatie op een bestandsserver (IP-adres en pad) opslaan die u kunt gebruiken voor het opslaan van gescande gegevens. |
Bestemmingen die zijn opgeslagen onder snelkiestoetsen kunnen worden gecombineerd tot een groep en worden geregistreerd als één bestemming. Voor meer informatie raadpleegt u Een groep onder een snelkiestoets opslaan. Als u de informatie van bestemmingen die in snelkiestoetsen zijn opgeslagen, wilt wijzigen of verwijderen, raadpleegt u De geregistreerde bestemmingen onder snelkiestoetsen bewerken. Bestemmingen die zijn opgeslagen onder snelkiestoetsen verschijnen ook in het Lokale adresboek. |
TIPS |
Als de LDAP-server al in de machine (De LDAP-server registreren) is opgeslagen, kunt u naar bestemmingen zoeken en ze onder snelkiestoetsen opslaan. Druk op <Best./Door. instell.> <Snelkiestoets opsl.> selecteer de snelkiestoets die u wilt registreren druk op <Reg./Bewerk.> <LDAP-server> en zoek bestemmingen met <Zoek op condities> of <Zoeken op naam>. Nadat u de instellingen van de bestemming hebt bevestigd, drukt u op <Sneltoetsnaam> geef de snelkiestoetsnaam op die moet worden weergegeven druk op <OK>. Als de gebruikersnaam en het wachtwoord juist zijn, maar het zoekresultaat leeg is, controleert u de tijdinstelling op de LDAP-server en op de machine. Als de tijdsinstellingen van de LDAP-server en de machine vijf minuten van elkaar verschillen, kan geen zoekopdracht worden uitgevoerd. In tegenstelling tot bij het adresboek kunt u niet meer dan een bestemming tegelijkertijd voor registratie selecteren. De informatie die verkrijgbaar is via de LDAP-server bestaat alleen uit namen en adressen. Registreer desgewenst andere informatie van <Details/Bewerken>. Een adres van de verzendhistorie opslaanU kunt een bestemming in een snelkiestoets opslaan met verzonden opdrachten in het scherm <Statusmonitor>. Hiermee bespaart u zich de moeite om een e-mailadres en andere bestemmingsgegevens handmatig in te voeren en zorgt u ervoor dat geen verkeerde transmissie kan plaatsvinden door het gebruik van verkeerd opgeslagen bestemmingsgegevens. Wanneer u een adres opgeeft in logboeken met verzonden opdrachten en u drukt op <Bestemming opslaan> <Sneltoets> wordt een scherm weergegeven voor het registreren van verschillende items van bestemmingsgegevens in een snelkiestoets. Status en logboek voor gescande documenten controleren |