] op het bedieningspaneel drukt. Standaard verschijnt het scherm [Start] nadat u de stroomtoevoer AAN hebt gezet en onmiddellijk nadat het opstartscherm sluit, en onmiddellijk na het inloggen. Scherm [Start]
] op het bedieningspaneel drukt. Standaard verschijnt het scherm [Start] nadat u de stroomtoevoer AAN hebt gezet en onmiddellijk nadat het opstartscherm sluit, en onmiddellijk na het inloggen. Scherm [Start]Model aanraakscherm | vijfregelig LCD-model | |
![]() | ![]() |
op het bedieningspaneel of op [Statusmonitor]
op het scherm [Start] en andere locaties drukt. Met behulp van dit scherm controleert u de informatie van het apparaat, gebruik en logboeken, netwerkinstellingen, en foutinformatie. Scherm [Statusmonitor]Model aanraakscherm | vijfregelig LCD-model | |
![]() | ![]() |
op het scherm [Start] drukt. Met behulp van dit scherm kiest u de verschillende instellingen van het apparaat. Model aanraakscherm | vijfregelig LCD-model | |
![]() | ![]() |
Schermvoorbeeld: Als er een fout optreedt Model aanraakscherm ![]() vijfregelig LCD-model ![]() |
Als er een melding op het scherm wordt weergegeven Als een lang bericht niet in één keer kan worden weergegeven, wordt het misschien opgedeeld in kleinere segmenten, en in wisseling worden weergegeven. Model aanraakscherm ![]() vijfregelig LCD-model ![]() |
![]() |
Een andere schermweergave kiezenU kunt het scherm van het bedieningspaneel veranderen: bijvoorbeeld andere schermtaal en eenheden kiezen, en berichten weergeven / verbergen. [Weergave-instellingen] U kunt schermkleuren omkeren en het contrast aanpassen zodat u makkelijker naar het scherm kijkt. [Toegankelijkheid] De instellingen automatisch wissenStandaard worden, als er gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen worden verricht, de op het scherm gekozen instellingen gewist, en verschijnt het scherm [Start]. U kunt zelf een periode kiezen en ook het scherm dat na deze inactiviteitsperiode verschijnt. [Automatische resettijd] [Functie na automatische reset] |