Een mobiel apparaat rechtstreeks met het apparaat verbinden (rechtstreekse verbinding)

Verbind een mobiel toestel rechtstreeks met het apparaat via Wi-Fi. U kunt rechtstreeks verbinding maken met het apparaat zonder een draadloos LAN-router te gebruiken. Iedere keer wanneer u het apparaat gebruikt, moet u het mobiel toestel handmatig verbinden.
Rechtstreeks verbinding maken met een mobiel toestel: gebruik het bedieningspaneel om het apparaat in de wachtstand te zetten en zoek dan het apparaat vanaf het mobiel apparaat. Voer vervolgens de netwerksleutel in om het mobiel apparaat te verbinden met het apparaat.
Standaard kunt u iedere keer slechts één mobiel toestel rechtstreeks met het apparaat verbinden. Als u een vaste SSID en netwerksleutel hebt ingesteld, kunt u tegelijkertijd verbinding maken met maximaal vijf mobiele apparaten.
Vereiste voorbereidingen
Verricht voorbereidingen zoals het inschakelen van de functie voor rechtstreeks verbinden op het apparaat. Voorbereidingen voor rechtstreekse verbinding

Model aanraakscherm

1
Druk op het bedieningspaneel op [Mobiele portal] in het scherm [Start]. Scherm [Start]
Het scherm [Mobiele portal] verschijnt.
2
Druk op [Start].
Het apparaat schakelt naar de wachtstand voor de rechtstreekse verbinding.
Binnen 5 minuten nadat u op [Start] hebt gedrukt, moet u rechtstreeks verbinding maken met het mobiele apparaat.
U kunt deze stap overslaan als [Verbind vanaf apparaat dat u wilt verbinden.] wordt weergegeven. Ga verder naar stap 3.
Als [Het maximum aantal draadloze apparaten dat via directe verbinding is verbonden, is bereikt.] verschijnt, kunt u geen nieuw mobiel toestel verbinden voordat een reeds verbonden mobiel toestel is ontkoppeld. Om een verbonden mobiel toestel te ontkoppelen, drukt u op [OK]  [Verb. verbr.].
* Standaard kunt u iedere keer slechts één mobiel toestel rechtstreeks met het apparaat verbinden.
3
Maak rechtstreeks verbinding met het mobiele apparaat.
1
Controleer SSID en netwerksleutel van het apparaat die op het scherm van het bedieningspaneel verschijnen.
2
Selecteer in de Wi-Fi-instellingen van het mobiele apparaat de SSID van het apparaat en voer de netwerksleutel in.
Het scherm [Mobiele portal] verschijnt weer.
Standaard kunt u iedere keer slechts één mobiel toestel rechtstreeks met het apparaat verbinden. [Het maximum aantal draadloze apparaten dat via directe verbinding is verbonden, is bereikt.] verschijnt op het scherm.
Raadpleeg de handleiding van het mobiele apparaat voor meer informatie over het configureren van de Wi-Fi-instellingen.
4
Als u de bewerkingen op het mobiel toestel hebt voltooid, drukt u op [Verb. verbr.].
De rechtstreekse verbinding wordt beëindigd.
Als meerdere mobiele apparaten zijn verbonden, wordt de verbinding met alle apparaten verbroken.

vijfregelig LCD-model

1
Op het bedieningspaneel selecteert u [Mobiele portal] op het scherm [Start] en drukt u op . Scherm [Start]
Het scherm [Mobiele portal] verschijnt.
2
Selecteer [<Verbinden>] en druk op .
Het apparaat schakelt naar de wachtstand voor de rechtstreekse verbinding.
Binnen 5 minuten nadat u op [<Verbinden>] hebt gedrukt, moet u rechtstreeks verbinding maken met het mobiele apparaat.
U kunt deze stap overslaan als [Verbind vanaf apparaat dat u wilt verbinden.] verschijnt. Druk op en ga verder naar stap 3.
Als [Het maximum aantal draadl. app. dat met dir. verb. is verb., is bereikt.] verschijnt, kunt u geen nieuw mobiel toestel verbinden voordat een reeds verbonden mobiel toestel is ontkoppeld. Om een verbonden mobiel toestel te ontkoppelen, drukt u op   [<Verbinding verbreken>]  .
* Standaard kunt u iedere keer slechts één mobiel toestel rechtstreeks met het apparaat verbinden.
3
Maak rechtstreeks verbinding met het mobiele apparaat.
1
Controleer SSID en netwerksleutel van het apparaat die op het scherm van het bedieningspaneel verschijnen.
2
Selecteer in de Wi-Fi-instellingen van het mobiele apparaat de SSID van het apparaat en voer de netwerksleutel in.
Het scherm [Mobiele portal] verschijnt weer.
Standaard kunt u iedere keer slechts één mobiel toestel rechtstreeks met het apparaat verbinden. [Het maximum aantal draadl. app. dat met dir. verb. is verb., is bereikt.] verschijnt op het scherm.
Raadpleeg de handleiding van het mobiele apparaat voor meer informatie over het configureren van de Wi-Fi-instellingen.
4
Als u de bewerkingen op het mobiel toestel hebt voltooid, drukt u op [<Verbinding verbreken>]  .
De rechtstreekse verbinding wordt beëindigd.
Als meerdere mobiele apparaten zijn verbonden, wordt de verbinding met alle apparaten verbroken.
Afhankelijk van het mobiele apparaat kunt u met de functie voor rechtstreekse verbinding mogelijk geen verbinding maken met internet.
Het stroombesparingseffect van de slaapstand neemt af wanneer u de functie voor rechtstreekse verbinding gebruikt.
Het IP-adres van het mobiele apparaat wordt automatisch ingesteld. Als u het IP-adres handmatig instelt, is via rechtstreekse verbinding mogelijk geen correcte communicatie mogelijk.
Een met het apparaat verbonden mobiel apparaat controleren
Bij gebruik van Directe verbinding drukt u op [Verbindingsinformatie] om de informatie weer te geven van het mobiel toestel dat via rechtstreekse verbinding verbonden is met het apparaat.
Als rechtstreekse verbinding automatisch wordt verbroken
De rechtstreekse verbinding wordt in de volgende gevallen automatisch beëindigd:
Wanneer beëindiging van rechtstreekse verbinding is ingesteld
Wanneer gedurende enige tijd geen gegevens worden verzonden of ontvangen tussen het mobiele apparaat en het apparaat
Als u het apparaat gebruikt via een draadloos LAN-verbinding, en de verbinding valt weg
9758-05Y