[Beveiligingsinstellingen]

Kies en beheer de beveiligingsinstellingen, zoals de authenticatiefuncties en systeemverificatie van het apparaat.
* Waarden in rode tekst zijn de standaard instellingen voor ieder onderdeel.

[Instellingen authenticatie/wachtwoord]

[Menu] [Beheerinstellingen] [Beveiligingsinstellingen]
Kies de authenticatiefuncties voor het apparaat.
[Instellingen authenticatie/wachtwoord]

[Encryptie-instellingen]

[Menu] [Beheerinstellingen] [Beveiligingsinstellingen]
Geef op of het gebruik van zwakke versleuteling of sleutels en certificaten die zwakke versleuteling gebruiken, wordt beperkt.
[Gebruik van zwakke encryptie verbieden]
[Uit]
[Aan]
 
[Sleutel/cert. met zwakke encr. verbieden]
[Uit]
[Aan]

[Systeem verifiëren bij opstarten]

[Menu] [Beheerinstellingen] [Beveiligingsinstellingen]
Verifieer dat er niet met het systeem is geknoeid bij het opstarten van het apparaat.
Als er onbevoegde veranderingen worden waargenomen
Het apparaat schakelt over naar de stand-bymodus. U moet de firmware actualiseren.
De Firmware bijwerken (Model aanraakscherm)
De Firmware bijwerken (vijfregelig LCD-model)
Als het scherm na enige tijd leeg blijft, kan het systeem misschien niet worden hersteld. Neem contact op met de dealer of servicemonteur. Als het probleem aanwezig blijft
 
[Uit]
[Aan]
9758-09A