|
Volg de procedure van de papierlade om papier te plaatsen voor de optionele Cassette Feeding Unit-AW.
Als op de verpakking van het papier instructies staan over welke zijde naar boven moet zijn gericht, volg dan die instructies.
Papier kan elkaar overlappen wanneer het wordt ingevoerd, of er kan een papierstoring optreden, afhankelijk van snijvlak van het papier. De afdrukstand wijzigen en het papier opnieuw plaatsen kan het effect van het snijvlak verminderen.
Als het papier op is en het afdrukken wordt gestopt, plaatst u een nieuwe stapel papier. Het afdrukken wordt hervat nadat de nieuwe stapel papier is geplaatst.
|
Papierlade 1
|
Papierlade 2
|
Papierlade 1
|
Papierlade 2
|
|
Zorg dat de formaatinstelling van de papierlade overeenkomt met het formaat papier dat in de lade wordt geplaatst.
|
|||
|
Plaats de papierstapel met de afdrukzijde omhoog en tegen de zijkant van de papierlade.
|
Papier (uitgezonderd enveloppen):
|
|
Enveloppen:
|
|
|
Als u papier van een ander formaat en type gaat gebruikenAls u papier van een ander type in de machine plaatst, moet u de instellingen aanpassen. Als u dat niet doet, kan er niet goed worden afgedrukt. Het papierformaat en -type voor de papierlade opgeven
Als u het papierformaat wijzigt, wijzig dan zo nodig het papierformaatetiket (Het etiket met het juiste papierformaat bevestigen). Merk op dat het etiket met het papierformaat mogelijk papierformaten bevat die niet beschikbaar zijn op de machine.
|
TIPS
|
Afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier (tweede zijde van dubbelzijdig papier)U kunt afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier. Strijk het bedrukte papier glad en leg het in de papiertafel, met de afdrukzijde omlaag (eerder afgedrukt met de afdrukzijde omhoog). Druk vervolgens op <2de zijde van 2-zijdige pag.> op het scherm voor het selecteren van het papiertype.
Gebruik alleen papier dat met deze machine is bedrukt.
Transparanten plaatsenAls een invoer van meerdere vellen of een papierstoring optreedt, plaatst u de transparanten één voor één.
Als u transparanten achterlaat in de papierladen of in de papiertafel, kunnen de vellen aan elkaar kleven, waardoor meer vellen tegelijk worden aangevoerd of een papierstoring ontstaat. Bewaar na het afdrukken de resterende transparanten in de oorspronkelijke verpakking. Vermijd plaatsen met extreme temperatuur en luchtvochtigheid.
|