|
Voor het gebruik van Draadloos LAN moet de vereiste Draadloos LAN-verbinding worden geïnstalleerd. Systeemopties
|
|
Geef de instellingen voor het bedrade/draadloze LAN op die hetzelfde zijn voor de hoofdlijn en de sublijn, zoals vereist.
Verbinding maken met een bedraad LAN Verbinding maken met een draadloos LAN |
Stap 1
|
|
Selecteer <Bedrade LAN + draadloze LAN> of <Bedr. LAN + bedr. LAN>.
|
|
Stap 2
|
|
Geef de IPv4-adresinstellingen van <Instellingen IP-adres> op in <Instellingen sublijn>. Als u statische routering gebruikt, stel dan ook een gateway-adres in.
|
|
Stap 3
|
|
Stel dit in als u een bedraad LAN via een USB-LAN-adapter gebruikt voor de sublijn.
* Geef de vereiste instellingen op, afhankelijk van uw omgeving. |
|
Stap 4
|
|
Registreer de poortnummers van de functies om te gebruiken/beperken in de firewallinstellingen van de sublijn.
* Geef de vereiste instellingen op, afhankelijk van uw omgeving. |
|
Stap 5
|
|
Stel statische routering in wanneer u via een router verbinding maakt met een ander netwerk.
* Geef de vereiste instellingen op, afhankelijk van uw omgeving. |
|
Stap 6
|
|
Stel dit in wanneer u specifieke systeemdatacommunicatie uitvoert zoals toegang tot een firmwaredistributieserver in omgevingen waar DNS-naamomzetting of netwerkverbindingen via een proxy niet kan worden gebruikt.
* Geef de vereiste instellingen op, afhankelijk van uw omgeving. |
|
De instellingen van de DNS-server en de WINS-server kunnen niet tegelijk met de hoofdlijn worden gebruikt.
<Instellingen DNS-serveradres> en <Proxy instellingen> in <Instellingen vr Systeemdatacommunic.> kan alleen worden gebruikt voor specifieke systeemdatacommunicatie zoals het gebruik van de sublijn voor toegang tot een firmwaredistributieserver. Als een DNS-server of proxyserver wordt gebruikt voor de sublijn voor andere toepassingen dan systeemdatacommunicatie, registreert u de adressen en poortnummers die met de sublijn moeten worden gebruikt, in de instellingen van de hoofdlijn.
DNS-instellingen doorvoeren Een proxy instellen |