Basisprocedure voor het plaatsen van papier
In dit gedeelte wordt de methode voor het plaatsen van papier beschreven dat relatief vaak wordt gebruikt, zoals normaal of gerecycled papier. Gebruik de papierlade voor het plaatsen van de papiersoort die u het meest gebruikt. Gebruik de papiertafel wanneer u tijdelijk een formaat of type papier wilt gebruiken dat niet in de papierlade is geplaatst.
|
Volg de procedure van de papierlade om papier te plaatsen voor de optionele Cassette Module-AE, Cassette Feeding Unit-AJ of Cassette Feeding Unit-AK.
|
Papier in de papierlade plaatsen
1
Pak de handgreep van de papierlade beet en trek die zo ver mogelijk naar buiten.
2
Pas de positie van de papiergeleiders aan.
Stel de linker geleider en de voorste geleider in volgens de formaatindicators voor het te plaatsen papier door elke geleider te verschuiven terwijl u op het bovenste gedeelte van die geleider drukt.
Verschuif de geleiders tot u een klik hoort. Als de linker geleider en de voorste geleider niet juist worden ingesteld, zal het papierformaat niet juist op het touch panel display verschijnen. De geleiders dienen tevens juist te worden ingesteld om papierstoringen, verontreinigde afdrukken en of verontreiniging van de binnenzijde van de machine te voorkomen.
Papierformaatindicatoren
De afkortingen op de papierformaatindicatoren in de papierlade verwijzen naar de volgende papierformaten:
LGL: Legal
LTR: Letter
EXEC: Executive
STMT: Statement
Merk op dat de papierformaatindicatoren mogelijk papierformaten bevatten die niet beschikbaar zijn op de machine. Voor informatie over beschikbare papierformaten raadpleegt u
Beschikbaar papier.
Wanneer u papier met het formaat A5 of A6 gaat plaatsen
Bevestig de A5/A6-aanvoer op de linker papiergeleider. Wanneer u papier met het formaat A5R gaat plaatsen, moet u de A5/A6 Attachment niet bevestigen.
Bij het plaatsen van papier van een formaat dat groter is dan 298,5 mm in de aanvoerrichting, verwijdert u de A5/A6-aanvoer die aan de linkerkant van de papierlade is bevestigd.
Als u de A5/A6-aanvoer niet gebruikt, bewaart u deze in de daartoe voorziene ruimte in de papierlade.
Plaatsen van inch-papier
Verwijder de A4-aanvoer en plaats deze in de speciale opbergruimte. Wanneer u opnieuw A/B serie papier plaatst, zorgt u ervoor dat de A4-aanvoer opnieuw op de juiste positie voor gebruik staat.
|
Inch serie papier
|
|
A/B serie papier
|
|
|
|
|
Wanneer u de serie papierformaten die in de papierlade moeten worden geplaatst, hebt gewijzigd, geeft u het nieuwe serie formaat op in <Papierformaatgr. vr autom. herkenning in lade>.
<Papierinstellingen>
3
Leg papier klaar.
Waaier de papierstapel uit en tik met de onderkant op een vlak oppervlak om de vellen papier mooi gelijk te leggen.
Waaier alle vier de randen van het papier goed uit.
Controleer of er genoeg lucht tussen elke vel papier zit.
4
Hier plaatst u het papier.
|
Zorg dat de formaatinstelling van de papierlade overeenkomt met het formaat papier dat in de lade wordt geplaatst.
|
|
Plaats de papierstapel met de afdrukzijde omhoog en tegen de zijkant van de papierlade.
|
Zorg dat de stapel niet boven de markering voor het maximale aantal vellen komt
Zorg ervoor dat de stapel papier niet hoger is dan de lijn die het maximale aantal vellen aangeeft. Als u te veel papier plaatst, kan dit papierstoringen veroorzaken.
|
Papier (uitgezonderd enveloppen):
|
|
|
Enveloppen (uitgezonderd ISO-C5):
|
|
|
ISO-C5:
|
|
Als u papier gebruikt met een logo erop, let u dan op de invoerrichting van het papier wanneer u het in de papierbron plaatst.
Voorbedrukt papier plaatsen
Let bij het plaatsen van enveloppen van tevoren op de richting en de voorbereidingen.
Enveloppen plaatsen
Als op de verpakking van het papier instructies staan over welke zijde naar boven moet zijn gericht, volg dan die instructies.
Papier kan elkaar overlappen wanneer het wordt ingevoerd, of er kan een papierstoring optreden, afhankelijk van snijvlak van het papier. De afdrukstand wijzigen en het papier opnieuw plaatsen kan het effect van het snijvlak verminderen.
Als het papier op is en het afdrukken wordt gestopt, plaatst u een nieuwe stapel papier. Het afdrukken wordt hervat nadat de nieuwe stapel papier is geplaatst.
5
Schuif de papierlade rustig in de machine.
|
Als u papier van een ander formaat en type gaat gebruiken
|
Papier in de papiertafel plaatsen
1
Open de papiertafel.
Open het uitschuifstuk van de lade als u groot papier gaat plaatsen.
2
Stel de papiergeleiders in op het papierformaat.
3
Leg papier klaar.
Waaier de papierstapel uit en tik met de onderkant op een vlak oppervlak om de vellen papier mooi gelijk te leggen.
Waaier alle vier de randen van het papier goed uit.
Controleer of er genoeg lucht tussen elke vel papier zit.
4
Plaats het papier op de papiertafel totdat u weerstand voelt.
Plaats het papier met de afdrukzijde omlaag.
Het scherm voor het opgeven van het papierformaat en -type wordt weergegeven wanneer het papier helemaal is ingevoerd.
Zorg dat de stapel niet boven de markering voor het maximale aantal vellen komt
Zorg ervoor dat de stapel papier niet hoger is dan de lijn die het maximale aantal vellen aangeeft (
). Als u te veel papier plaatst, kan dit papierstoringen veroorzaken.
5
TIPS
|
Afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier (tweede zijde van dubbelzijdig papier)
U kunt afdrukken op de achterzijde van bedrukt papier. Strijk het bedrukte papier glad en leg het in de papiertafel, met de afdrukzijde omlaag (eerder afgedrukt met de afdrukzijde omhoog). Druk vervolgens op <2de zijde van 2-zijdige pag.> op het scherm voor het selecteren van het papiertype.
Gebruik alleen papier dat met deze machine is bedrukt.
Transparanten plaatsen
Als een invoer van meerdere vellen of een papierstoring optreedt, plaatst u de transparanten één voor één.
Als u transparanten achterlaat in de papierladen of in de papiertafel, kunnen de vellen aan elkaar kleven, waardoor meer vellen tegelijk worden aangevoerd of een papierstoring ontstaat. Bewaar na het afdrukken de resterende transparanten in de oorspronkelijke verpakking. Vermijd plaatsen met extreme temperatuur en luchtvochtigheid.
|
KOPPELINGEN