Afdrukken vanaf een extern netwerk (IPP-printen)

Door middel van de IPP-poort kunt u via het internet vanaf een extern netwerk printen. Om van IPP-printen gebruik te maken, moet u in het printerstuurprogramma de IPP-poort bepalen. Om ook IPPS te gebruiken, moet u de sleutel en certificaat van deze machine op uw computer installeren. De sleutel en het certificaat van deze machine op uw computer installeren


Om IPP-printen te gebruiken, moet u de <Instellingen IPP afdruk> bepalen. <Instellingen IPP afdruk> Om de onderstaande procedure uit te voeren, moet u zich bij de computer aanmelden met de beheerdersaccount.

Bereid het printerstuurprogramma voor.

Om het printerstuurprogramma te downloaden, gaat u naar de Canon website (https://global.canon/en/support/) en downloadt u het printerstuurprogramma.

Selecteer [

]

[Systeem]

[Configuratiescherm]

[Hardware en geluiden]

[Apparaten en printers].

Klik op [Een printer toevoegen].

Klik op [De printer die ik wil gebruiken, staat niet in de lijst].

Selecteer [Een gedeelde printer op naam selecteren], voer de verbindingsbestemming in en klik op [Volgende].

Om IPP te gebruiken, voert u "http://<IP-adres van de machine>/ipp" in als verbindingsbestemming.

Om IPPS te gebruiken, voert u "https://<IP-adres van de machine>/ipp" in als verbindingsbestemming.

Klik op [Bladeren...].

Bepaal de map met het printerstuurprogramma, selecteer het INF-bestand en klik op [Openen].

Het INF-bestand is opgeslagen in de map [Driver].

Ga verder met de instellingen en volg de instructies op het scherm.

Het printerstuurprogramma is geïnstalleerd. Om IPPS te gebruiken, moet u de sleutel en certificaat van deze machine op uw computer installeren.

De sleutel en het certificaat van deze machine op uw computer installeren

Deze beschrijving geeft de procedure weer voor het installeren van de sleutel en certificaat via Microsoft Edge.

Start de webbrowser.

Voer "http://<IP-adres van de machine>/" in het adresinputveld in en druk vervolgens op de toets [ENTER] op het toetsenbord van de computer.

Klik op [Niet beveiligd]

[De verbinding met deze site is niet veilig]

[Certificaat weergeven] in het URL-invoerveld.

Klik op [Kopiëren naar bestand…] op het tabblad [Details].

Klik op [Volgende].

Selecteer een bestandsindeling en klik op [Volgende].

Stel de opslagbestemming en de bestandsnaam van het certificaat in en klik op [Volgende].

Controleer de inhoud die wordt opgeslagen en klik op [Voltooien]

[OK].

Het certificaat is nu opgeslagen.

Klik op [OK].

Sluit de webbrowser.

Installeer het certificaat dat tijdens stap 8 op uw computer is opgeslagen.

Voor DER/Base64 (met de extensie .cer)

1	Dubbelklik op het opgeslagen certificaat.
2	Klik op [Certificaat installeren...].
3	Selecteer een opslaglocatie en klik op [Volgende].
4	Selecteer [Alle certificaten in het onderstaande archief opslaan] en [Bladeren...] [Vertrouwde basiscertificeringsinstanties], en klik vervolgens op [OK].
5	Klik op [Volgende] [Voltooien].

Voor PKCS#7 (met de extensie .p7b)

1	Dubbelklik op het opgeslagen certificaat.
2	Dubbelklik op het pad voor de map met het certificaat met de naam weergegeven in [Naam van logisch archief].
3	Dubbelklik op de [Certificaten] weergegeven in [Objecttype].
4	Dubbelklik op het bestand weergegeven in [Verleend aan].
5	Klik op [Certificaat installeren...].
6	Selecteer een opslaglocatie en klik op [Volgende].
7	Selecteer [Alle certificaten in het onderstaande archief opslaan] en [Bladeren...] [Vertrouwde basiscertificeringsinstanties], en klik vervolgens op [OK].
8	Klik op [Volgende] [Voltooien].