ACCESS MANAGEMENT SYSTEM gebruiken
U kunt ACCESS MANAGEMENT SYSTEM gebruiken om nauwkeuriger te bepalen welke functies beschikbaar zijn voor elk bevoegdheidsniveau (rol) en u kunt nieuwe rollen maken. Hiermee kunt u voor elke gebruiker verschillende rollen configureren voor strikt gebruikersbeheer. U kunt, bijvoorbeeld, gebruiker A verbieden te kopiëren, terwijl gebruiker B alle functies mag gebruiken.
Raadpleeg de handleiding ACCESS MANAGEMENT SYSTEM op de online handleidingensite voor meer informatie over de vereiste omgeving en het maken en bewerken van rollen.
ACCESS MANAGEMENT SYSTEM inschakelen
U moet ACCESS MANAGEMENT SYSTEM inschakelen om deze functie te kunnen gebruiken.
In deze sectie ziet u hoe u de instellingen kunt configureren vanaf een computer met Remote UI (UI op afstand).
Selecteer op het bedieningspaneel [
Instellingen/Registratie] in het scherm [Home] of ander scherm en selecteer vervolgens [Beheerinstellingen] om de instellingen te configureren. [Gebruik ACCESS MANAGEMENT SYSTEM]
Beheerdersrechten zijn vereist. De machine moet opnieuw worden opgestart om de geïmporteerde instellingen toe te passen.
Selecteer op het bedieningspaneel [
Instellingen/Registratie] in het scherm [Home] of ander scherm en selecteer vervolgens [Beheerinstellingen] om de instellingen te configureren. [Gebruik ACCESS MANAGEMENT SYSTEM]Beheerdersrechten zijn vereist. De machine moet opnieuw worden opgestart om de geïmporteerde instellingen toe te passen.
1
Meld u bij Remote UI (UI op afstand) aan als beheerder. De Remote UI (UI op afstand) starten
2
Klik op de Portal-pagina van Remote UI (UI op afstand) op [Settings/Registration]. Remote UI (UI op afstand)-portaalpagina
3
Klik op [License/Other] 
[ACCESS MANAGEMENT SYSTEM Settings].
[ACCESS MANAGEMENT SYSTEM Settings].Het scherm [ACCESS MANAGEMENT SYSTEM Settings] wordt weergegeven.
4
Schakel het selectievakje [Use ACCESS MANAGEMENT SYSTEM] in en klik op [OK].
5
Start het apparaat opnieuw op. Herstarten van de machine
De instellingen worden toegepast.
N.B.
Als ACCESS MANAGEMENT SYSTEM is ingeschakeld
Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld.
* Als u de gebruikersauthenticatie niet gaat gebruiken nadat de gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, schakelt u ACCESS MANAGEMENT SYSTEM uit voordat u de gebruikersauthenticatie uitschakelt.
De volgende instellingen zijn uitgeschakeld:
Een PIN voor het Adresboek instellen Registratie en bewerking van het Adresboek beperken door een PIN in te stellen
De bestemmingen beperken waarnaar faxen en gescande gegevens kunnen worden verzonden Alleen verzenden naar geregistreerde bestemmingen
* U kunt ACCESS MANAGEMENT SYSTEM gebruiken om soortgelijke instellingen voor elke rol te beperken.
*Deze instellingen worden niet automatisch ingeschakeld wanneer ACCESS MANAGEMENT SYSTEM wordt gewijzigd van ingeschakeld naar uitgeschakeld. U moet de instellingen handmatig opnieuw configureren.
De afdrukgegevens die tijdelijk als Geplande afdrukgegevens in het geheugen van de machine zijn opgeslagen, worden verwijderd.