N.B.
|
De volgende instellingen zijn nodig voor het uitvoeren van SSO-H authentificatie wanneer apparaatinformatie wordt verzonden.
Registreer de gebruikersnaam, het wachtwoord, en de domeinnaam die SSO-H authentificatie zal gebruiken op de host machine.
Op de client machine, stelt u in of SSO-H authentificatie nodig is op de host machine wanneer apparaatinformatie wordt afgeleverd.
Zie "SSO-H-authentificatie instellen voor apparaatinformatie afleverinstellingen." voor meer informatie
|
Afgeleverde informatie
|
Inhoudsopgave
|
Opmerkingen
|
Adresboek
|
Adressenlijstgegevens opgeslagen in [Registreer bestemm.] in [Stel bestemming in].
[Functie-instellingen] - [Ontvangen/Doorzenden] - [Algemene instellingen] - [Doorzendinstellingen]
[Functie-instellingen] - [Verzenden] - [Algemene instellingen] - [Registreer favorieteninstellingen]
[Functie-instellingen] - [Verzenden] - [Algemene instellingen] - [Bewerken favorieteninstellingen]
|
Alle huidige opgeslagen bestemmingen worden verwijderd en daarna worden de afgeleverde instellingen opgeslagen.
|
Afdelings-ID
|
[Beheerinstellingen] - [Gebruikersbeheer] - [Instellingen Systeembeheerderinformatie]
[Beheerinstellingen] - [Gebruikersbeheer] -[Afdeling-ID beheer]
|
Alleen de Afdeling-ID's in de cliëntmachines worden verwijderd.
Als er een identiek Afdeling-ID aanwezig is in de cliënt machine, zullen het wachtwoord en de ingestelde tellerlimieten worden overschreven. Tellerstanden zullen echter niet worden overschreven.
Als in de hostmachine maar niet in de clientmachine een Afdeling-ID aanwezig is, zullen het Afdeling-ID, wachtwoord en ingestelde tellerlimieten van de hostmachine worden toegevoegd aan de clientmachine. Tellerstanden worden ook toegevoegd en gereset.
Als de Kopiekaartlezer-F1 is aangesloten op de hostmachine en niet op de clientmachine, of omgekeerd, worden alleen de instellingen van de systeembeheerder afgeleverd.
|
Printerinstellingen
|
[Functie-instellingen] - [Printer] -[Printer- instellingen]
|
Sommige instellingen bij Instellingen/Registratie worden niet afgeleverd. Zie "Functie-instellingen: Printer." voor meer informatie
|
Papierinformatie
|
[Voorkeuren] - [Papierinstellingen] - [Instellingen Beheer papiertype]
|
De eerder opgeslagen door de gebruiker gedefinieerde typen papier zijn afgeleverd. Bij export wordt de informatie over het gebruikerspapier gedupliceerd en afgeleverd. Bij het importeren worden de gebruikersgedefinieerde typen papier die al zijn opgeslagen, overschreven door de papierinformatie.
|
Instellingen/Registratie waarde
|
Instellingen aangegeven via het scherm Instellingen/Registratie (uitgezonderd de bovenstaande instellingen)
|
Sommige instellingen bij Instellingen/Registratie worden niet afgeleverd. Zie "Instellingen/Registratie tabel." voor meer informatie
Informatie voor postbussen voorzien van een wachtwoord wordt niet afgeleverd. Informatie voor postbussen in de cliënt machine die is voorzien van een wachtwoord, wordt niet overschreven.
Als u [Instellingen/Registratie waarde] en [Adresboek] niet gelijkertijd aflevert, worden de instellingen in [Instel. URL TX] voor [Instellen Fax/I-Fax postbus] en [Postbusinstellingen] wellicht verwijderd.
|
Webtoegang favorieten
|
[Webtoegang favorieten]
|
Kan alleen worden afgeleverd als de functie Webtoegang is geactiveerd op zowel de client- als de hostmachine.
|
BELANGRIJK
|
Het voorbereiden voor aflevering en bijwerken van de informatie nadat deze is ontvangen, kan enkele minuten duren. Zet de hoofdschakelaar pas uit nadat deze activiteiten zijn voltooid. Anders kan er een storing optreden.
Apparaatinformatie kan worden gedeeld tussen machines van hetzelfde model. Sommige informatie kan wellicht niet juist worden afgeleverd. Dit is afhankelijk van de optionele apparatuur die op de machine is aangesloten.
Als [Beperk ontvangst apparaatinformatie] voor <Ontvangstinstellingen> is uitgeschakeld, kan de machine apparaatgegevens geleverd door andere machinemodellen ontvangen. (Zie "Ontvangende machine instellen.") Sommige gegevens kunnen echter niet goed worden afgeleverd.
Apparaatinformatie kan niet worden afgeleverd als de ID systeembeheerder en Systeem PIN die zijn opgeslagen in de cliënt machine afwijken van de ID systeembeheerder en Systeem PIN die zijn opgeslagen in de host machine.
|
N.B.
|
Unieke machinegegevens, zoals het IP-adres, worden niet afgeleverd.
De machine kan apparaatinformatie afleveren bij machines met IPv4 of machines met IPv6.
|