
![]() | Alle instellingen voor het netwerk worden kort toegelicht. Standaardinstellingen worden aangegeven met een dolksymbool ( ). |
![]() |
Als <Netwerk> niet verschijntAls <Netwerk> onder <Interfaceselectie> is ingesteld op <Uit>, verschijnt <Netwerk> niet in het menu Setup. Interfaceselectie Sterretjes (*)Instellingen gemarkeerd met een asterix (*) worden misschien niet weergegeven, afhankelijk van de opties die u gebruikt, of andere instel-items. |

Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv4-instellingen>
<IPv4>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)Automatisch ![]() Handmatig |
Uit Aan ![]() |
Uit ![]() Aan |
Uit ![]() Aan |
Uit Aan ![]() |
0.0.0.0 tot 255.255.255.255 |
0.0.0.0 tot 255.255.255.255 |
0.0.0.0 tot 255.255.255.255 |

/
om de cursor te verplaatsen, en geef het adres op met behulp van de numerieke toetsen. Met behulp van de externe UI geeft u instellingen voor DNS op. DNS configureren0.0.0.0 tot 255.255.255.255 |
0.0.0.0 tot 255.255.255.255 |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv4-instellingen>
<DNS>
Selecteer de server die u wilt configureren
Stel het adres in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv4-instellingen>
<mDNS-instellingen>
<mDNS>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv4-instellingen>
<mDNS-instellingen>
<mDNS-naam>
Stel de naam in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv4-instellingen>
<DHCP-optie>
<Hostnaam verkrijgen> of <DNS Dynamic Update>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv6-instellingen>
<IPv6>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv6-instellingen>
<mDNS-instellingen>
<mDNS>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv6-instellingen>
<mDNS-instellingen>
<Gebr IPv4-naam(mDNS)>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPv6-instellingen>
<mDNS-instellingen>
<mDNS-naam>
Stel de naam in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<WINS-resolutie>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<FTP>
<FTP-afdrukken>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<FTP>
<Inst. via FTP toest.>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<LPD-instellingen>
<LPD-afdrukken>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
1 tot 60 (min.) |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<LPD-instellingen>
<RX-time-out>
Stel de periode in waarna een time-out optreedt
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<RAW-instellingen>
<RAW-afdrukken>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
1 tot 60 (min.) |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<RAW-instellingen>
<RX-time-out>
Stel de periode in waarna een time-out optreedt
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPP-afdrukken>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<WSD>
<WSD-afdrukken>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<WSD>
<WSD bladeren>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<WSD>
<Multicast Discovery>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)![]() |
Als <Multicast Discovery> is ingesteld op <Uit>, blijft de slaapstand van het apparaat actief, zelfs als er multicast-discovery-berichten worden verstuurd in het netwerk. |
Uit Aan ![]() |

Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Proxy-instellingen>
<Proxy>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
/
om de cursor te verplaatsen, en gebruik de numerieke toetsen om het adres op te geven (Tekst invoeren).
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Proxy-instellingen>
<Serveradres>
Voer het serveradres in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
1 t/m 80 t/m 65535 |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Proxy-instellingen>
<Poortnummer>
Voer het poortnummer in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Gebruik Proxy Gebruik geen proxy ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Proxy-instellingen>
<Zelfde domein>
<Gebruik Proxy> of <Gebruik geen proxy>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Proxy-instellingen>
<Proxyverificatie>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Proxy-instellingen>
<Gebruikersnaam>
Voer de gebruikersnaam in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Proxy-instellingen>
<Wachtwoord>
Voer het wachtwoord in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<SNTP>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Respons v. Discovery>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<IPSec>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Sluimermelding inst.>
<Sluimerstandmelding>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
1 tot 11427 tot 65535 |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Sluimermelding inst.>
<Poortnummer>
Voer het poortnummer in met behulp van de numerieke toetsen
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
0 tot 3 tot 254 |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Sluimermelding inst.>
<Te passeren routers>
Voer met behulp van de numerieke toetsen het aantal te passeren routers in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
60 tot 600 tot 65535 |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<TCP/IP-instellingen>
<Sluimermelding inst.>
<Meldingsinterval>
Voer het meldingsinterval in met behulp van de numerieke toetsen
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Mopria>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)Cloudprinter gebr. Uit Aan ![]() Registratiestatus |

Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<SMB>
<SMB-server>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<SMB>
<SMB-afdrukken>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<SNMP-instellingen>
<SNMPv1-instellingen>
<SNMPv1>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Lezen/schrijven Alleen lezen ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<SNMP-instellingen>
<SNMPv1-instellingen>
<Spec. communityinst.>
<Spec. community>
Selecteer de toegangsmachtiging
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<SNMP-instellingen>
<SNMPv3-instellingen>
<SNMPv3>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<SNMP-instellingen>
<SNMPv3-instellingen>
Selecteer het nummer van de gebruikersinstellingen
Controleer de gebruikersnaam
<Verif. wachtwoord> of <Versleutelingswachtw>
Voer het wachtwoord in
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<SNMP-instellingen>
<Pkkt in sluimer weig>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)![]() |
Wanneer u <Aan> activeert, kunnen toepassingen die gebruik maken van het SNMP-protocol, zoals Canon software imageWARE series, misschien geen toegang krijgen tot het apparaat. |

Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Afdrukrij>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Parallel ontvangen>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)![]() |
Zelfs als u <Uit> selecteert, worden taken in sommige gevallen misschien niet opgeslagen in de volgorde waarin ze worden ontvangen, bijvoorbeeld als de functie Opgeslagen taak afdrukken wordt uitgevoerd. |
0 tot 300 (seconden) |
Uit Aan ![]() |
Uit ![]() Aan |

Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Instell. externe UI>
<TLS>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Communicatietest |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Regist/update softw.>
<Beheerinst. software>
<Communicatietest>
<Ja>
Controleer het bericht
Controleer het bericht

Uit Aan ![]() |
Half-duplex ![]() Full-duplex |
10 Base-T ![]() 100 Base-TX 1000 Base-T |

Optimale balans ![]() Hervattingssnelheid Energiebesparing |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Prior. sluimermodus>
Selecteer het instel-item
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Optimale balans
Hervattingssnelheid
Energiebesparing![]() |
Dit onderdeel is beschikbaar als <Sluimerstand> is ingesteld op <Hoog (diepe sluimer)>. De slaapstand instellen |

Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<IEEE802.1X>
Controleer het bericht
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit Aan ![]() |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Adresfilter>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
(Alleen weergave) |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<MAC-adres>


0 tot 90 (minuten) |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<E-mailafdruk inst.>
<POP3 RX-interval>
Voer het interval voor het automatisch ontvangen van e-mails in met behulp van de numerieke toetsen
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)![]() |
Als u '0' selecteert, worden e-mails niet automatisch ontvangen. In dat geval moeten e-mails handmatig worden ontvangen. Handmatig e-mails ontvangen |

Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<E-mailafdruk inst.>
<POP3 RX>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
Uit ![]() Aan |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<E-mailafdruk inst.>
<SMTP RX>
<Uit> of <Aan>
Verricht een harde reset (Een harde reset verrichten)
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Controleservice>
<Communicatietest>
Controleer het bericht
<Ja>


(Alleen weergave) |
(
)
<Netwerk>
Controleer het bericht
<Controleservice>
<Communicatielog>
Selecteer het logboek
Selecteer de tijd
