Beveiligingsbeleid-items
U kunt de beveiligingsbeleid-items en het gebruik ervan controleren met behulp van Externe UI, op het scherm [Beveiligingsbeleid bevestigen].
De op een ander apparaat of software ingestelde inhoud wordt toegepast op het beveiligingsbeleid voor het apparaat. Daarom kan het beveiligingsbeleid functieonderdelen bevatten die niet beschikbaar zijn op het apparaat, maar deze hebben geen invloed op de instellingen of bewerkingen van het apparaat.
[Interface]
[Beleid voor draadloze verbindingen]
U kunt de draadloze verbinding uitschakelen om onbevoegde toegang te verhinderen.
[Gebruik van directe verbinding verbieden]U kunt toegang vanaf mobiele apparaten verbieden.
[Instell. directe verbinding] [Gebruik van draadloos LAN verbieden]U kunt draadloze toegang via een draadloos LAN-router of toegangspunt verbieden.
[Selecteer bedraad/draadl. LAN]
[USB-beleid]
U kunt de USB-verbinding uitschakelen om onbevoegde toegang en gegevensdiefstal te verhinderen.
[Gebruik als USB-apparaat verbieden]U kunt verbieden dat een computer via de USB-poort verbinding maakt met het apparaat.
[USB-instellingen] [Gebruik als USB-opslagapparaat verbieden]U kunt het gebruik van USB-geheugenapparaten bij het apparaat verbieden.
[USB-instellingen] [Netwerk]
[Communicatiebeleid]
U kunt een handtekening of certificaatverificatie eisen voor veiliger communicatie.
[Handtekeningen voor SMS/WebDAV-serverfuncties altijd controleren]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Servercertificaat altijd controleren bij gebruik van TLS]Dit verifieert het certificaat inclusief Common Name (CN) bij het gebruik van communicatie met TLS-versleuteling.
Gedetailleerde informatie van de e-mailserver configureren (Externe UI)LDAP-servers registreren* Dit geldt niet voor communicatie met een IEEE 802.1X-netwerk.
[Ongecodeerde authenticatie voor serverfuncties verbieden]U kunt verificatie-informatie beperken tot uitsluitend veilige methoden. Als u het apparaat als een server gebruikt, zijn verificatie van niet-versleutelde tekst en functies die dit gebruiken, niet beschikbaar.
[Auth.methode speciale poort]* Als u een oudere versie van de apparaatbeheersoftware of stuurprogramma gebruikt, kunt u misschien geen verbinding maken met het apparaat. Gebruik dan een nieuwere versie.
[Gebruik van SNMPv1 verbieden]U kunt gebruik van SNMPv1 verbieden als u apparaatinformatie van een computer ontvangt.
[SNMP-instellingen]
[Beleid voor poortgebruik]
U kunt ongebruikte poorten sluiten om inbreuk van buitenaf te verhinderen.
[LPD-poort beperken (poortnummer: 515)]U kunt afdrukken met behulp van het LPD-protocol verbieden.
[LPD-instellingen] [RAW-poort beperken (poortnummer: 9100)]U kunt afdrukken met behulp van het RAW-protocol verbieden.
[RAW-instellingen] [FTP-poort beperken (poortnummer: 21)]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[WSD-poort beperken (poortnummer: 3702, 60000)]U kunt het gebruik van functies met behulp van het WSD-protocol verbieden.
[WSD-instellingen] [BMLinkS-poort beperken (poortnummer: 1900)]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[IPP-poort beperken (poortnummer: 631)]U kunt bepaalde afdrukfuncties die mobile Apps gebruiken, uitschakelen en gerelateerd afdrukken verbieden.
Aan mobiele apparaten koppelen [SMB-poort beperken (poortnummer: 137, 138, 139, 445)]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[SMTP-poort beperken (poortnummer: 25)]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Speciale poort beperken (poortnummer: 9002, 9006, 9007, 9011-9015, 9017-9019, 9022, 9023, 9025, 20317, 47545-47547)]U kunt gebruik van gereserveerde poorten verbieden.
[Gebruik speciale poort] [Remote Operator's Software-poort beperken (poortnummer: 5900)]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[SIP-poort (IP-fax) beperken (poortnummer: 5004, 5005, 5060, 5061, 49152)]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[mDNS-poort beperken (poortnummer: 5353)]U kunt mDNS-instellingen (IPv4 / IPv6) en bepaalde afdrukfuncties die een mobiele App gebruiken, uitschakelen. Dat schakelt netwerkdetectie en automatische instellingen die mDNS gebruiken en gerelateerd afdrukken uit.
[mDNS-instellingen]Aan mobiele apparaten koppelen [SLP-poort beperken (poortnummer: 427)]U kunt reacties op detectie in Multicast Discovery Settings, en ook netwerkdetectie en automatische instellingen met behulp van SLP uitschakelen.
SLP-communicatie configureren [SNMP-poort beperken (poortnummer: 161)]U kunt gebruik van functies die het SNMP-protocol gebruiken, uitschakelen. Dan kan het apparaat geen apparaatinformatie ontvangen van een computer met behulp van SNMP en geen gerelateerde instellingen kiezen.
[SNMP-instellingen][Scan m. Canon PRINT Business] [Authenticatie]
[Authenticatiebeleid]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Gebruik van apparaat door gastgebruikers verbieden]
[Instelling voor automatisch afmelden verplichten]
[Wachtwoordbeleid]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Caching van wachtwoorden voor externe servers verbieden]
[Waarschuwing tonen wanneer standaardwachtwoord wordt gebruikt]
[Gebruik van standaardwachtwoord voor externe toegang verbieden]
[Beleid voor wachtwoordinstellingen]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Minimumaantal tekens voor wachtwoord]
[Geldigheidsduur wachtwoord]
[Gebruik van 3 of meer identieke tekens na elkaar verbieden]
[Gebruik van ten minste 1 hoofdletter verplichten]
[Gebruik van ten minste 1 kleine letter verplichten]
[Gebruik van ten minste 1 cijfer verplichten]
[Gebruik van ten minste 1 symbool verplichten]
[Blokkeringsbeleid]
U kunt het inloggen een tijdje verbieden als een aantal maal achter elkaar het verkeerde wachtwoord is ingevoerd.
[Blokkering inschakelen]Dit schakelt vergrendeling uit. Stel de vergrendelingsdrempel en vergrendelingsperiode afzonderlijk in op het apparaat.
[Blokkering] [Sleutel/certificaat]
Als u zwakke versleuteling en het versleutelen van gebruikerswachtwoorden en sleutels binnen een bepaalde hardware verhindert, kunt u gevoelige gegevens beschermen.
[Gebruik van sleutel/certificaat met zwakke encryptie verbieden]
U kunt het gebruik van sleutels en certificaten met zwakke versleuteling verbieden.
[TPM gebruiken om wachtwoord en sleutel op te slaan]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Log] 
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Opslag van controlelog verplichten]
[SNTP-instellingen verplichten]
[Opdracht]
[Afdrukbeleid]
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Direct afdrukken van ontvangen opdrachten verbieden]
[Beleid voor verzenden/ontvangen]
U kunt bij het verzenden het gebruik van bestemmingen en de verwerkingsmethoden van ontvangen gegevens beperken.
[Alleen verzenden naar geregistreerde adressen toestaan]U kunt verhinderen dat gebruikers nieuwe bestemmingen opgeven. Gebruikers kunnen uitsluitend gegevens verzenden naar in het adresboek geregistreerde bestemmingen.
[Beperk nieuwe bestemmingen] [Bevestiging van faxnummer verplichten]U moet het ingevoerde faxnummer bevestigen.
[Bevestig ingevoerd faxnummer] [Automatisch doorsturen verbieden]U kunt het automatisch doorsturen van faxen verbieden.
[Instellingen voor doorsturen] [Opslag] 
Deze functie is niet beschikbaar op het apparaat, en daarom wordt zij niet toegepast op het beveiligingsbeleid.
[Volledig verwijderen van gegevens verplichten]