
<Cc> of <Bcc>
<Aangeven bestemmingen>
geef bestemmingen op.
<Op afstand>./b_D01162_C.gif)
Bestemmingstypeknoppen
,
en
drukt, worden e-mail, bestandsserver en groepsbestemmingen weergegeven.
Vervolgkeuzelijst voor selectie van het type adresboek
<Zoeken op naam>
Knoppen zoeken op eerste letter
en voert u het nummer in van de gewenste snelkiestoets./b_D01164_C.gif)


/b_D01235_C.gif)
<LDAP-server>./b_D01236_C.gif)
/b_D01237_C.gif)
Zoekcategorieën
Zoekcondities
Zoektekens
voer de te zoeken tekst in
druk op <OK>.
/b_D01238_C.gif)

![]() |
|
Gescande originelen worden geconverteerd naar elektronische bestanden zoals PDF. Selecteer de bestandsindeling voor uw doelen en gebruikersomgeving.
|
/b_D01168_C.gif)
/b_D01168_01_C.gif)
![]() |
|
U kunt <OOXML> niet selecteren als u een bestand verzendt dat is opgeslagen in <Postbus> van <Toegang opgeslagen bestanden> of <Geheugen RX postbus> van <Fax/I-Fax postbus>.
|
![]() |
|
PDF (Compact) of XPS (Compact) is alleen van toepassing bij de volgende instellingen:
Selecteer kleur: Kleurmodus anders dan de modus Zwart-wit
Resolutie: 300x300 dpi
Zoompercentage: 100% of Auto
Wanneer u bestanden op basis van pagina's maaktOm een origineel met meerdere pagina's te scannen en elke pagina vervolgens als een apart bestand op te slaan in plaats van alle pagina's als één bestand op te slaan, drukt u op <Verdeel in pagina's>.
Als u het aantal pagina's dat in elk bestand moet worden opgenomen, wilt opgeven, geeft u nadat u op <Verdeel in pagina's> hebt gedrukt, het gewenste aantal pagina's op.
Als u elke pagina als een apart bestand wilt opslaan, geeft u <1> op voor het aantal pagina's.
Als u <TIFF/JPEG> selecteert, wordt elke pagina automatisch als een apart bestand gemaakt.
U kunt het aantal pagina's dat in één bestand moet worden opgenomen, niet opgeven als u momenteel de functie <Scannen en opslaan> gebruikt.
|
|
TIPS
|
|
Als u een optioneel product installeert, kunt u functies voor het scannen uitbreiden om bestanden aan te maken. Voor informatie over de vereiste optionele producten en over de bestandsindelingen raadpleegt u Systeemopties.
|
![]() |
|
Als u een origineel duidelijk wilt scannen, verhoogt u de resolutie. Om de bestandsgrootte te verkleinen, verlaagt u de resolutie.
|
/b_D01171_C.gif)
![]() |
|
Als u originelen van een vrij formaat/zeer doorzichtige originelen scant, of als de rand van een afbeelding ontbreekt bij het scannen, moet u het scanformaat handmatig opgeven.
|
/b_D01173_C.gif)
![]() |
Registreren van het scanformaatAls u het scanformaat vaak met dezelfde waarden opgeeft, registreer het formaat dan bij <Gebr.>
<Registreer formaat> om de instelling gemakshalve snel op te roepen. |
![]() |
|
U kunt de kleur opgeven bij het scannen van originelen.
|
/b_D01175_C.gif)
/b_D01176_C.gif)
<Auto(Kleur/Grijs)>
<Auto (Kleur/Z&W)>
<Full colour>
<Zwart-Wit>
<Grijstint>
![]() |
|
De machine kan automatisch de voor- en achterzijde van een origineel scannen.
|
![]() |
|
Plaats het origineel in de invoerlade. Originelen met een liggende beeldoriëntatie moet u horizontaal plaatsen.
|
/b_D01177_C.gif)
![]() |
|
U kunt originelen met een standaardformaat bij het scannen vergroten of verkleinen tot een ander standaardformaat.
Standaardpapierformaten vergroten of verkleinen
|
|
|
|
|
![]() |
|
U kunt vergroten of verkleinen door de vergroting (%) op te geven.
Vergroten of verkleinen door opgave van de vergroting
|
|
|
|
|
![]() |
|
U kunt documenten vergroten of verkleinen zodat ze passen op het geselecteerde papierformaat.
Vergroten en verkleinen om op het afgewerkte papierformaat te passen
|
<Opties>.
; als u wilt verkleinen, selecteert u de vergroting in
; dan drukt u op <OK>./b_D01178_C.gif)
<Opties>./b_D01179_C.gif)
<Zoompercentage>./b_D01180_C.gif)
.
<Ja>.
. Nadat alle originelen zijn gescand, drukt u op <Start verzenden> om het bestand te verzenden/op te slaan.
![]() |
Controleren van de statussen controleren van verzonden/opgeslagen documentenOp het scherm <Status monitor/Annuleren> kunt u de status controleren van verzonden/opgeslagen documenten. Met dit scherm kunt u documenten opnieuw verzenden/opslaan of verzenden/opslaan na het controleren van de status annuleren. Status en logboek voor gescande documenten controleren
Wanneer <Toon melding als taak is geaccepteerd> is ingesteld op <Aan>, kan het scherm <Status monitor/Annuleren> worden weergegeven vanaf het volgende scherm dat wordt weergegeven nadat een verzendopdracht wordt ontvangen. <Toon melding als taak is geaccepteerd>
![]() Afdrukken van het rapport met verzend-/opslagresultatenAls u op het scherm met basisfuncties voor scannen op <Opties>
<TX rapport> drukt, kunt u instellen dat het rapport met verzend-/opslagresultaten automatisch wordt afgedrukt.BestandsnaamWanneer een bestand wordt verzonden/opgeslagen, wordt zijn bestandsnaam automatisch ingesteld op basis van de volgende indeling. U kunt de instelling wijzigen, zodat een andere naam kan worden toegewezen. Een bestandsnaam instellen
Bij verzending via e-mail
Indeling "Opdrachtnummers (vier cijfers)_paginanummers (drie cijfers).bestandsextensienaam", bijvoorbeeld "1042_001.jpg". Bij opslag op een bestandsserver
Indeling "Jaar, maand, dag, uur, minuut en seconde waarop het bestand is opgeslagen (14 cijfers).bestandsextensienaam", bijvoorbeeld "20151030133541.jpg". E-mailonderwerpHet onderwerp dat is ingevoerd bij <Standaardonderwerp> wordt automatisch ingesteld (<Standaardonderwerp>). Als u een ander onderwerp opgeeft, wijzigt u de instelling of geeft u het tijdstip op waarop u een e-mail verzendt (E-mailinstellingen opgeven).
Wanneer meerdere vellen tegelijk worden ingevoerdHet scannen wordt gestaakt en de melding wordt op het scherm weergegeven. Volg de aanwijzingen om de storing op te lossen.
Als u de storing hebt opgelost, verschijnt het scherm taak hervatten. Als de machine ten onrechte invoer van meerde vellen detecteert, drukt u op <Aanvoer meerdere vellen niet detecteren> om het scannen te hervatten. Voer een van de volgende handelingen uit om de machine vooraf in te stellen op het niet melden van invoer van meerdere vellen.
Druk telkens bij het verzenden of opslaan van een document op <Opties> op het scherm met basisfuncties voor faxen
en selecteer <Aanvoer meerd. vellen detect.> om de instelling uit te schakelen.Stel <Stel detectie invoer van meerdere vellen standaard in> in op <Uit> (<Stel detectie invoer van meerdere vellen standaard in>).
|
|
TIPS
|
De boven- en onderkant van het origineel vaststellenU kunt de afdrukstand van het document instellen voordat u gaat scannen, zodat de boven- en onderkant goed staan wanneer het verzonden/opgeslagen document op een computer wordt weergegeven.
Als u een origineel van A4-formaat plaatst, drukt u op <Opties> op het scherm met basisfuncties voor scannen
<Boven aan verste rand> <Oriëntatie inhoud origineel> <OK>.Als u grote originelen plaatst van bijvoorbeeld A3-formaat, drukt u op <Opties> op het scherm met basisfuncties voor scannen
<Oriëntatie inhoud origineel> selecteer <Boven aan verste rand> of <Boven aan zijrand> volgens de oriëntatie van het origineel druk op <OK>.Meerdere bestemmingen inclusief faxen opgevenAls u <Fax inschakelen bij scan- en verzendfunctie> instelt op <Aan>, kunt u faxbestemmingen opgeven in het scherm met basisfuncties voor scannen (<Faxfunctie weergeven>). Deze instelling is handig voor het opgeven van meerdere bestemmingen inclusief faxen, zoals wanneer u een kopie van een verzonden fax op een bestandsserver opslaat.
Gescande afbeeldingen controleren voordat u ze verzendt/opslaatU kunt gescande afbeeldingen voor verzending/opslag in het voorbeeldscherm controleren. Gescande originelen controleren voordat u ze verzendt/opslaat (voorbeeld)
Veelgebruikte instellingen opslaanU kunt veelgebruikte bestemmingen en scaninstellingen combineren onder een knop op de machine voor later gebruik. Door op de geregistreerde knop te drukken bij het scannen van originelen kunt u snel uw instellingen voltooien. Een combinatie van veelgebruikte functies registreren
|