Bestemmingen (e-mail/bestandsserver) opgeven

U kunt bestemmingen opgeven door deze in het adresboek te selecteren en door de numerieke toetsen te gebruiken. Als u het adresboek wilt gebruiken, moet u eerst bestemmingen opslaan in het adresboek. U kunt ook eerder gebruikte bestemmingen opgeven. Als in uw kantooromgeving een LDAP-server is geïnstalleerd, kunt u ook bestemmingen op de server opgeven.

N.B.
Gebruikersverificatie voor het scannen van documenten
Wanneer u op  drukt, verschijnt het aanmeldingsscherm soms. Zie Aanmelden bij Geautoriseerd verzenden voor instructies voor aanmelden.
Als u bestemmingen opgeeft voor e-mails
U kunt meerdere bestemmingen opgeven, waaronder Cc- of Bcc-bestemmingen, net als bij het versturen van e-mails met een e-mailprogramma. Dit kan via het adresboek of een LDAP-server. Als u een bestemming wilt opgeven als een Cc- of Bcc-adres, moet u het adresboek gebruiken.
Wanneer u bestemmingen opgeeft voor een bestandsserver
U kunt geen bestemmingen opgeven met behulp van de numerieke toetsen of een LDAP-server. U kunt ook maar één bestemming tegelijk opgeven.
TIPS voor het verbeteren van de veiligheid
Als u de beschikbaarheid van bestemmingen wilt beperken tot het adresboek, een LDAP-server of eerder opgegeven bestemmingen:
Als eerder gebruikte bestemmingen niet opnieuw mogen worden gekozen:
Als u de beschikbare bestemming tot het e-mailadres van de gebruiker of de map die is toegewezen aan de gebruiker, wilt beperken:
0X4E-05K